STATUTEN STICHTING MET BESTUUR EN RAAD VAN OMWONENDEN
Statuten.
Artikel 1.
Begripsbepalingen.
In deze statuten wordt verstaan onder:
– Bestuur:
het bestuur van de Stichting;
– Jaarrekening:
de balans en de staat van baten en lasten over enig boekjaar van de Stichting;
– Raad van Omwonenden:
de raad van omwonenden van de Stichting;
– Schriftelijk:
bij brief, e-mail, of bij boodschap die via een ander gangbaar communicatiemiddel wordt overgebracht en elektronisch of op schrift kan worden ontvangen mits de identiteit van de verzender met afdoende zekerheid kan worden vastgesteld;
– Statuten:
de statuten van de Stichting, zoals die van tijd tot tijd zullen luiden;
– Stichting:
de rechtspersoon waarop de Statuten betrekking hebben.
Artikel 2.
Naam en zetel.
1. De Stichting draagt de naam: Stichting Omgevingsfonds De Kookepan.
2. Zij heeft haar zetel in de gemeente Leudal.
Artikel 3.
Doel.
- De Stichting heeft ten doel om in haar werkgebied (Windpark De Kookepan te Neer en omgeving):
- Bij te dragen aan de sociale cohesie; verenigingsleven en leefbaarheid.
- Duurzaamheid te bevorderen en bij te dragen aan de transities naar duurzame energie, energie besparing en duurzame voeding.
- Landschappelijke en cultuurhistorische waarden te bevorderen, waaronder verhoging van de toeristisch-recreatieve gebruikswaarde.
- Versterking van de ecologische structuur als verhoging van de beleving van de natuur.
alsmede al hetgeen in de ruimste zin met één en ander verband houdt, daartoe behoort en/of daartoe bevorderlijk kan zijn.
- De Stichting tracht haar doel onder meer te bereiken door projecten en initiatieven in haar werkgebied die voldoen aan het in lid 1 omschreven doel, op te zetten, te begeleiden en te laten financieren met gelden die op grond van de exploitatie van het Windpark De Kookepan bestemd worden voor het zogenaamde omgevingsfonds conform de daartoe met betrokken partijen gemaakte afspraken.
Artikel 4.
Vermogen.
1. Het vermogen van de Stichting zal worden gevormd door:
a. de bijdrages uit het omgevingsfonds waarover zij direct of indirect kan beschikken;
b. subsidies en andere bijdragen;
c. schenkingen, erfstellingen en legaten;
d. alle andere verkrijgingen en baten.
Artikel 5.
Bestuur.
1. Het Bestuur bestaat uit een oneven aantal van ten minste drie (3) en maximaal vijf (5) leden en wordt voor de eerste maal bij deze akte benoemd. Leden van de Raad van Omwonenden kunnen alleen tot bestuurslid worden benoemd als zij per gelijke datum hun lidmaatschap van die Raad beëindigen. Leden van het bestuur kunnen derhalve niet tegelijkertijd lid zijn van de Raad van Omwonenden en omgekeerd.
2. Het bestuur verdeelt onderling de taken, met dien verstande dat de functie van voorzitter, secretaris en penningmeester wordt vervuld door de degenen die als zodanig zijn benoemd middels een bindende voordracht van de Raad van Omwonenden.
In afwijking van het in de vorige volzin bepaalde worden de leden van het eerste Bestuur bij deze akte in functie benoemd.
De functies van secretaris en penningmeester kunnen ook door één persoon worden vervuld.
- De bestuurders treden af volgens een door het bestuur opgemaakt rooster van aftreden met inachtneming van een zittingsduur van ten minste vier jaar, met uitzondering van de leden van het eerste Bestuur, die zitting hebben voor de duur van vier jaar en daarna aftreden volgens het rooster van aftreden, waarbij voor hen alsdan een eerste zittingsduur kan gelden langer dan vier jaar. In tussentijds ontstane vacatures benoemde bestuurders nemen op het rooster van aftreden de plaats in van hun voorgangers.
Aftredende bestuurders zijn voor maximaal één periode herbenoembaar.
4. Bij het ontstaan van één (of meer) vacature(s) in het Bestuur zal binnen drie maanden na het ontstaan van de vacature(s) daarin voorzien door de benoeming van één (of meer) opvolger(s). De Raad van Omwonenden wordt in kennis gesteld van deze vacature en zal een voordracht voor de benoeming van een vervangend bestuurslid doen. Voordrachten voor de functies van voorzitter, secretaris en/of penningmeester zijn bindend.
5. Mocht casu quo mochten in het Bestuur om welke reden dan ook één of meer leden ontbreken, dan vormen de overblijvende bestuurders, of vormt de enig overblijvende bestuurder niettemin een wettig Bestuur.
6. Wanneer te eniger tijd alle bestuurders mochten komen te ontbreken voordat aanvulling van de ontstane vacature(s) plaats had , zal die voorziening geschieden door de rechtbank op verzoek van iedere belanghebbende of op vordering van het openbaar ministerie.
Artikel 6.
Vergaderingen van het Bestuur en besluiten van het Bestuur.
1. De vergaderingen van het Bestuur worden gehouden op de van keer tot keer door het Bestuur te bepalen plaatsen.
2. Ieder half jaar wordt ten minste één vergadering gehouden.
3. Vergaderingen zullen voorts telkenmale worden gehouden, wanneer de voorzitter dit wenselijk acht of indien één van de andere bestuurders daartoe Schriftelijk en onder nauwkeurige opgave van de te behandelen punten aan de voorzitter het verzoek richt.
Indien de voorzitter aan een dergelijk verzoek geen gevolg geeft zodanig, dat de vergadering kan worden gehouden binnen drie weken na het verzoek, is de verzoeker gerechtigd zelf een vergadering bijeen te roepen met inachtneming van de vereiste formaliteiten.
4. De oproeping tot de vergadering geschiedt – behoudens het in lid 3 bepaalde – door de voorzitter, ten minste zeven dagen tevoren, de dag van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend, Schriftelijk.
5. De oproeping vermeldt behalve plaats en tijdstip van de vergadering, de te behandelen onderwerpen.
6. Indien de door de Statuten gegeven voorschriften voor het oproepen en houden van vergaderingen niet in acht zijn genomen, kunnen desalniettemin in een vergadering van het Bestuur geldige besluiten worden genomen over alle aan de orde komende onderwerpen, mits in de betreffende vergadering van het Bestuur alle in functie zijnde bestuurders aanwezig zijn en mits de betreffende besluiten worden genomen met algemene stemmen.
7. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter van het Bestuur; bij diens afwezigheid wijst de vergadering zelf haar voorzitter aan.
8. Van het verhandelde in de vergaderingen worden notulen gehouden door de secretaris of door een van de andere aanwezigen, door de voorzitter daartoe aangezocht.
De notulen worden vastgesteld in de eerstvolgende vergadering en ten blijke daarvan getekend door de voorzitter en secretaris van die vergadering.
9. Het Bestuur kan in een vergadering alleen dan geldige besluiten nemen indien de meerderheid van zijn in functie zijnde leden in de vergadering aanwezig of vertegenwoordigd is.
Een bestuurder kan zich in de vergadering door een mede-bestuurder laten vertegenwoordigen op overlegging van een schriftelijke, ter beoordeling van de voorzitter van de vergadering voldoende, volmacht.
Een bestuurder kan daarbij slechts voor één mede-bestuurder als gevolmachtigde optreden.
10. Het Bestuur kan ook buiten vergadering besluiten nemen, mits alle bestuurders hun stem Schriftelijk hebben uitgebracht.
Het bepaalde in de vorige volzin geldt ook voor besluiten tot wijziging van de Statuten of ontbinding van de Stichting.
Voor besluitvorming buiten vergadering gelden dezelfde meerderheden als voor besluitvorming in vergadering.
Van een buiten vergadering genomen besluit wordt onder bijvoeging van de ingekomen stemmen door de secretaris een relaas opgemaakt, dat na mede-ondertekening door de voorzitter bij de notulen wordt gevoegd.
11. Iedere bestuurder heeft het recht tot het uitbrengen van één stem.
Voor zover de Statuten geen grotere meerderheid voorschrijven worden alle besluiten van het Bestuur genomen met volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen.
Indien de stemmen staken beslist de voorzitter.
12. Alle stemmingen ter vergadering geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming gewenst acht of één van de stemgerechtigden dit voor de stemming verlangt.
Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes.
13. Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.
14. In alle geschillen omtrent stemmingen, niet bij de Statuten voorzien, beslist de voorzitter.
Artikel 7.
Bestuursbevoegdheid en vergoedingen.
1. Het Bestuur is belast met het besturen van de Stichting.
2. Het Bestuur is niet bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de Stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt, tenzij het besluit daartoe wordt genomen met algemene stemmen van alle in functie zijnde bestuurders en met de voorafgaande Schriftelijke goedkeuring van de Raad van Omwonenden.
3. Besluiten en aanvragen omtrent subsidieverlening dienen vooraf ter vaststelling en goedkeuring te worden voorgelegd aan de Raad van Omwonenden. Eenmaal vastgestelde subsidies worden verder afgehandeld door het Bestuur.
Artikel 8.
Vertegenwoordiging.
1. De Stichting wordt vertegenwoordigd door het Bestuur, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit.
De Stichting kan voorts worden vertegenwoordigd door twee gezamenlijk handelende bestuurders.
2. Het Bestuur kan aan anderen volmacht geven om de Stichting in en buiten rechte te vertegenwoordigen binnen de in die volmacht omschreven grenzen.
Artikel 9.
Einde lidmaatschap van het Bestuur.
Het lidmaatschap van het Bestuur eindigt:
– door overlijden van een bestuurder of, indien de bestuurder een rechtspersoon is, door haar ontbinding of indien zij ophoudt te bestaan;
– bij verlies van het vrije beheer over zijn vermogen;
– bij schriftelijke ontslagneming (bedanken);
– bij ontslag op grond van artikel 2:298 Burgerlijk Wetboek;
– door een besluit door de Raad van Omwonenden genomen;
– door periodiek aftreden;
– door het lidmaatschap van de Raad van Omwonenden.
Artikel 10.
Samenstelling Raad van Omwonenden en benoeming leden en taken en bevoegdheden.
1. Er zal een Raad van Omwonenden, bestaande uit een oneven aantal van tenminste vijf (5) en ten hoogste vijftien (15) natuurlijke personen zijn. De eerste Raad van Omwonenden zal bestaan uit elf (11) natuurlijke personen. Leden van het bestuur kunnen alleen tot lid van de Raad van Omwonenden worden benoemd als zij per gelijke datum hun lidmaatschap van het bestuur beëindigen. Leden van de Raad van Omwonenden kunnen derhalve niet tegelijkertijd lid zijn van het bestuur en omgekeerd.
2. De in lid 1 bedoelde natuurlijke personen zijn vertegenwoordigers van de
omwonenden uit de drie buurten rond het windpark De Kookepan en van de coöperatie
Leudal Energie. De eerste verdeling is vier (4) personen uit buurt Kappert/Neer, drie
(3) personen uit Kessel-eik, twee (2) personen uit Helden/Egchel en twee (2) personen
namens de coöperatie: Duurzame Energie Coöperatie Leudal U.A.
Bij wijziging van het aantal bestuursleden zal – met inachtneming van lid 1 – de
verdeling gebaseerd zijn op en evenredig zijn aan de in de hiervoor opgenomen
getalsmatige verdeling tussen omwonenden uit de drie buurten en de coöperatie.
3. De Raad van Omwonenden wordt, met uitzondering van de personen namens Duurzame Energie Coöperatie Leudal, benoemd door een algemene verkiezing in het hiervoor in lid 2 omschreven werkgebied van de stichting, rekening houdend met de in dat artikel omschreven verdeling en voorwaarden.
4. De Raad van Omwonenden organiseert de verkiezing van leden van de Raad.
Bij herbenoeming wordt rekening gehouden met de wijze waarop de kandidaat zijn taak als lid van de Raad van Omwonenden heeft vervuld.
De wijze van verkiezing en het aantal leden van de Raad van Omwonenden en de verdeling van de afvaardiging van de buurten wordt door de Raad in een afzonderlijk reglement vastgesteld.
Aan deze verkiezing kan iedereen die binnen een afstand van twee kilometer 2 km van het windpark woont deelnemen.. De 2 Raad van omwonenden leden van Leudal Energie worden door Leudal Energie in functie benoemd.
Voor de algemene verkiezing van de leden van de Raad van Omwonenden wordt iedereen in een cirkel van 2 km van Windpark De Kookepan uitgenodigd en in de gelegenheid gesteld zijn stem uit te brengen.
Bij een aanbeveling of voordracht tot benoeming van een lid van de Raad van Omwonenden worden van het kandidaat-lid medegedeeld zijn leeftijd, zijn beroep en de betrekkingen die hij bekleedt of die hij heeft bekleed voor zover die van belang zijn in verband met de vervulling van de taak van een lid van de Raad van Omwonenden.
De aanbeveling en de voordracht tot benoeming of herbenoeming worden gemotiveerd.
5. De Raad van Omwonenden heeft tot taak toezicht te houden op het beleid van het Bestuur en op de algemene gang van zaken in de Stichting. Hij staat het Bestuur met raad terzijde.
Bij de vervulling van hun taak richten de leden van de Raad van Omwonenden zich naar het belang van de Stichting.
6. Het Bestuur verstrekt alle inlichtingen betreffende de zaken van de Stichting aan ieder lid van de Raad van Omwonenden die deze mocht verlangen.
De Raad van Omwonenden is bevoegd inzage te nemen van alle boeken, bescheiden en correspondentie van de Stichting en tot kennisneming van alle plaats gehad hebbende handelingen.
7. De Raad van Omwonenden kan zich in de uitoefening van zijn taak voor rekening van de Stichting doen bijstaan door deskundigen.
8. De leden van de Raad van Omwonenden worden benoemd voor een periode van (maximaal) vier jaren en zijn na hun aftreden voor maximaal één volgende periode van (maximaal) vier jaren herbenoembaar.
Zij treden af volgens een door de Raad van Omwonenden op te stellen rooster van aftreden.
10. Indien door enige omstandigheid één of meer leden van de Raad van Omwonenden komen te ontbreken, vormen de overgebleven leden van de Raad van Omwonenden, zolang ten minste één lid van de Raad van Omwonenden in functie is, een bevoegd college tot de eerstvolgende vergadering van de Raad van Omwonenden, die alsdan in de vacature(s) voorziet zoals bepaald in lid 3 van dit artikel.
11. Zo er slechts één lid van de Raad van Omwonenden is, heeft deze alle bevoegdheden en rusten op hem alle verplichtingen door de Statuten aan de Raad van Omwonenden en diens voorzitter toegekend en opgelegd.
12. In het geval alle leden van de Raad van Omwonenden komen te ontbreken is het Bestuur bevoegd en gehouden om zo spoedig mogelijk zoals bepaald in lid 3 van dit artikel nieuwe leden van de Raad van Omwonenden te benoemen.
Het Bestuur is daarbij verplicht om de Statuten en de alsdan geldende regelgeving in acht te nemen.
De aldus benoemde leden van de Raad van Omwonenden zullen alsdan in de overige vacature(s) in de Raad van Omwonenden voorzien.
13. Aan de goedkeuring van de Raad van Omwonenden zijn de volgende besluiten van het Bestuur onderworpen:
a. de vaststelling en wijziging van de subsidieregels en uit te keren subsidies.
b. de vaststelling van de begroting;
c. de duurzame en rechtstreekse of middellijke samenwerking met andere rechtspersonen, alsmede verbreking van zodanige samenwerking, indien deze samenwerking of verbreking van ingrijpende betekenis is;
d. de aanvraag van faillissement en surseance van betaling van de stichting;
e. Het vaststellen van reglementen, zoals het huishoudelijk reglement;
f. het aangaan van geldleningen boven een door de Raad van Omwonenden vast te stellen bedrag;
g. het verstrekken van borgtochten of andere zekerheden, waaronder hoofdelijk medeschuldenaar;
h. het initiatief nemen tot een proces, niet zijnde een incassoproces, een proces in kort geding of een bezwaar of beroep tegen een subsidiebeslissing.
Artikel 11.
Vergaderingen van de Raad van Omwonenden en besluiten van de Raad van Omwonenden.
1. De Raad van Omwonenden vergadert zo dikwijls de meerderheid van zijn leden of de voorzitter – indien die is benoemd – dit nodig acht.
De oproeping geschiedt ‑ onder vermelding van de te behandelen punten ‑ door de voorzitter van de Raad van Omwonenden en ingeval van zijn ontstentenis of belet door een van de andere leden van de Raad van Omwonenden met inachtneming van een oproepingstermijn van ten minste acht dagen.
De leden van de Raad van Omwonenden kunnen zich door een ander lid van de Raad van Omwonenden bij schriftelijke volmacht doen vertegenwoordigen.
Vergaderingen van de Raad van Omwonenden kunnen worden gehouden door middel van telefonische- of videoconferenties, of door middel van enig ander communicatiemiddel, mits elk deelnemend lid van de Raad van Omwonenden door alle anderen gelijktijdig kan worden gehoord.
Desgevraagd wonen de bestuurders de vergaderingen van de Raad van Omwonenden bij; zij hebben alsdan een adviserende stem.
2. De Raad van Omwonenden kan ook buiten vergadering besluiten nemen mits dit Schriftelijk geschiedt, alle leden van de Raad van Omwonenden in het te nemen besluit gekend zijn en geen van hen zich tegen deze wijze van besluitvorming verzet.
3. De Raad van Omwonenden besluit, zowel in als buiten vergadering, met volstrekte meerderheid van stemmen van alle in functie zijnde leden van de Raad van Omwonenden.
Bij staken van stemmen is de stem van de voorzitter van de Raad van Omwonenden doorslaggevend; is geen voorzitter van de Raad van Omwonenden aangewezen, dan komt geen besluit tot stand.
4. Vergaderingen van de Raad van Omwonenden worden voorgezeten door de voorzitter van de Raad van Omwonenden.
Is geen voorzitter van de Raad van Omwonenden aangewezen of is de voorzitter van de Raad van Omwonenden afwezig, dan wijst de vergadering zelf haar voorzitter aan.
Tot die tijd is het oudste ter vergadering aanwezige lid van de Raad van Omwonenden met de leiding van de vergadering belast.
De voorzitter van de vergadering wijst een van de aanwezige leden van de Raad van Omwonenden, of zo die tot de vergadering is toegelaten, een speciaal daartoe uitgenodigde persoon aan notulen van het in de vergadering verhandelde te houden.
De notulen worden getekend door de voorzitter en de notulist van de betreffende vergadering.
5. Het door de voorzitter van de vergadering van de Raad van Omwonenden uitgesproken oordeel omtrent de uitslag van een stemming, alsmede, voor zover gestemd werd over een niet op schrift vastgelegd voorstel, het oordeel over de inhoud van een genomen besluit, is beslissend.
Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in de voorgaande zin bedoelde oordeel de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid van de stemgerechtigde aanwezigen of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of met briefjes geschiedde, één stemgerechtigde aanwezige dit verlangt.
Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
6. Alle notulen van vergaderingen van de Raad van Omwonenden alsmede alle Schriftelijke besluiten worden opgenomen in een notulenregister.
7. Wanneer de Stichting van enig besluit van de Raad van Omwonenden wil doen blijken, is de ondertekening van het stuk waarin het besluit is vervat door één lid van de Raad van Omwonenden voldoende en vormt dat stuk dwingend bewijs van het bestaan van dat besluit.
Artikel 12.
Gemeenschappelijke vergadering van het Bestuur en de Raad van Omwonenden.
1. Ten minste een maal per jaar komen het Bestuur en de Raad van Omwonenden in gemeenschappelijke vergadering bijeen ter bespreking van de algemene lijnen van het gevoerde beleid en het in de toekomst te voeren beleid.
2. Tot de bijeenroeping van een gemeenschappelijke vergadering zijn het Bestuur en de Raad van Omwonenden gelijkelijk bevoegd.
3. De gemeenschappelijke vergaderingen worden geleid door de voorzitter van de Raad van Omwonenden.
Indien deze afwezig is voorzien de aanwezige bestuurders en leden van de Raad van Omwonenden in de leiding van de vergadering.
Tot dat moment wordt de vergadering geleid door het in leeftijd oudste aanwezige lid van de Raad van Omwonenden.
Artikel 13.
Boekjaar en jaarstukken.
1. Het boekjaar van de Stichting is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Het Bestuur sluit per de laatste dag van elk boekjaar de boeken van de Stichting af en maakt daaruit de Jaarrekening over het geëindigde boekjaar op.
De Jaarrekening wordt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar en, indien de subsidiënten zulks wensen, vergezeld van een rapport van een registeraccountant of een accountant-administratieconsulent aan de Raad van Omwonenden aangeboden.
De Jaarrekening wordt ondertekend door alle bestuurders.
3. De Raad van Omwonenden stelt de Jaarrekening vast en ten blijke daarvan wordt de Jaarrekening vervolgens ondertekend door alle leden van de Raad van Omwonenden.
4. De Raad van Omwonenden is bevoegd de bestuurders decharge te verlenen voor hun bestuur, voor zover daarvan uit de vastgestelde stukken blijkt of anderszins aan hem bekend is gemaakt.
5. Het Bestuur is verplicht de in de voorgaande leden bedoelde boeken, bescheiden en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren.
6. De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier gestelde Jaarrekening, kunnen op een andere gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging geschiedt met juiste en volledige weergave der gegevens en deze gegevens gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd leesbaar kunnen worden gemaakt.
Artikel 14.
Reglementen.
1. Het Bestuur is bevoegd een of meer reglementen vast te stellen, waarin die onderwerpen worden geregeld, welke niet in de Statuten zijn vervat.
De reglementen worden voor de vaststelling ter advies toegezonden aan de Raad van Omwonenden en zijn aan haar voorafgaande goedkeuring onderworpen conform het bepaald in artikel 10 lid 13.
2. Onverminderd het bepaalde in artikel 6 lid 10 moet het besluit worden genomen met een meerderheid van ten minste drie/vierde van de uitgebrachte stemmen in een vergadering van het Bestuur, waarin alle bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
Zijn in een vergadering, waarin een voorstel als bedoeld in lid 1 van dit artikel aan de orde is gesteld niet alle bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd dan zal een tweede vergadering van het Bestuur worden bijeengeroepen, te houden niet eerder dan zeven dagen, doch niet later dan één en twintig dagen na de eerste, waarin een zodanig besluit kan worden genomen met een meerderheid van ten minste drie/vierde van de uitgebrachte stemmen, en in welke vergadering ten minste de meerderheid van de in functie zijnde bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd is.
3. De reglementen mogen niet met de wet of de Statuten in strijd zijn en mogen ook niet werkwijze van de Raad van Omwonenden belemmeren.
Artikel 15.
Statutenwijziging.
1. Het bestuur is bevoegd de Statuten te wijzigen na verkregen schriftelijke goedkeuring van de Raad van Omwonenden. Onverminderd het bepaalde in artikel 11 lid 2 moet het besluit daartoe worden genomen met een meerderheid van ten minste drie/vierde van de uitgebrachte stemmen in een vergadering van het Bestuur waarin alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
2. Zijn in een bestuursvergadering, waarin een voorstel als bedoeld in lid 1 van dit artikel aan de orde is gesteld niet alle bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd dan zal een tweede vergadering worden bijeengeroepen, te houden niet eerder dan zeven dagen, doch niet later dan één en twintig dagen na de eerste, waarin een zodanig besluit kan worden genomen met een meerderheid van ten minste drie/vierde van de uitgebrachte stemmen, en in welke vergadering ten minste de meerderheid van de in functie zijnde bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd is.
3. Iedere bestuurder is bevoegd de notariële akte van statutenwijziging te verlijden.
Artikel 16.
Ontbinding en vereffening.
1. Het bestuur is bevoegd de Stichting te ontbinden na verkregen schriftelijke goedkeuring van de Raad van Omwonenden.
Op het daartoe te nemen besluit is het bepaalde in artikel 15 leden 1 en 2 van overeenkomstige toepassing.
2. De Stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is.
3. De vereffening geschiedt door het Bestuur onder toezicht van de Raad van Omwonenden.
4. De vereffenaars dragen er zorg voor dat van de ontbinding van de Stichting inschrijving geschiedt in het register, bedoeld in artikel 2:289 Burgerlijk Wetboek.
5. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van de Statuten zoveel mogelijk van kracht.
6. Een eventueel batig saldo van de ontbonden Stichting wordt besteed overeenkomstig het doel van de Stichting.
7. Na afloop van de vereffening blijven de boeken, bescheiden en andere gegevensdragers van de ontbonden Stichting gedurende zeven jaren berusten onder de jongste vereffenaar.
Artikel 17.
Slotbepaling.
In alle gevallen waarin zowel de wet als de Statuten niet voorzien, beslist het Bestuur.
Artikel 18.
Overgangsbepaling.
Het eerste boekjaar van de Stichting loopt tot en met eenendertig december tweeduizend .
Dit artikel vervalt nadat het eerste boekjaar is geëindigd.
Slotverklaring.
Voorts verklaarde de comparant dat de Raad van Omwonenden voor de eerste maal uit leden bestaat en dat voor de eerste maal tot leden van de Raad van Omwonenden worden benoemd
1. , als voorzitter;
2. , als vice-voorzitter;
3. , als lid van de Raad van Omwonenden;
4. , als lid van de Raad van Omwonenden; en
5. , als lid van de Raad van Omwonenden.
Ten slotte verklaarde de comparant ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5 leden 1 en 2 dat het Bestuur voor de eerste maal uit leden bestaat en dat voor de eerste maal tot bestuurders worden benoemd:
1. , als voorzitter;
2. , als secretaris;
3. , als penningmeester;
4. , als bestuurder; en
5. , als bestuurder.
Download statuten: